Overslaan en naar de inhoud gaan

Een kot als hoofdverblijf

Wat is een hoofdverblijfplaats?

Een hoofdverblijfplaats is de plaats waar een persoon gedurende het grootste deel van het jaar effectief verblijft. Hij of zij zal daar in het bevolkingsregister worden ingeschreven en heeft daar dus ook zijn/haar domicilie.

Voor studenten die op kot zitten, wordt een uitzondering gemaakt. Normaal gezien blijven zij tijdens deze periode immers ten laste van hun ouders. Men gaat er bovendien van uit dat zij regelmatig naar het ouderlijke huis gaan tijdens het weekend en de schoolvakanties. De wetgever stelt met andere woorden dat kotstudenten slechts tijdelijk afwezig zijn en daarom hun hoofdverblijf bij hun ouders behouden.

Voor welke studenten is hun kot hun hoofdverblijfplaats?

Sommige studenten zijn niet meer ten laste van hun ouders. Ze zijn financieel onafhankelijk en gaan niet meer naar huis tijdens weekends of schoolvakanties. Voor deze studenten wordt hun kot hun hoofdverblijfplaats. Wanneer zij daar de toestemming van u als kotbaas voor hebben gekregen, kan dat. Dit heeft wel gevolgen voor het huurcontract. Er is dan immers geen sprake meer van een studentenhuurovereenkomst maar wel van een woninghuurovereenkomst voor een hoofdverblijf. Dat betekent dat dit contract onder een andere titel van het Vlaamse Woninghuurdecreet valt en er dus ook andere regels gelden. We zetten de belangrijkste verschillen hieronder op een rij. Onderaan vind je een voorbeeld van een contract voor een hoofdverblijf op kot.

 

Hoe zit het met internationale studenten?

Alle EU student die langer dan drie maanden in België verblijven en alle niet-EU studenten ongeacht de lengte van hun verblijf, moeten worden ingeschreven in het vreemdelingenregister. Dat betekent dat zij hun domicilie dus hebben in de Stad Antwerpen. 

De inschrijving in het bevolkingsregister zorgt echter niet per definitie voor een hoofdverblijf in de zin van de huurwetgeving. Als de student nog een hoofdverblijfplaats heeft in het thuisland, kan er gewerkt worden met een studentenhuurovereenkomst. Het adres in hun thuisland moet dan als hoofdverblijfplaats worden ingevuld op het contract.

Wanneer een student geen hoofdverblijf meer heeft in het buitenland en het adres in België dus zijn enige verblijfplaats is, zal er wel gebruik moeten gemaakt worden van een woninghuurovereenkomst als hoofdverblijf. Meer info over verhuren aan internationale studenten vind je hier.

 

VERSCHILLEN TUSSEN DE STUDENTENHUUROVEREENKOMST EN DE WONINGHUUROVEREENKOMST ALS HOOFDVERBLIJF

De duur van de huurovereenkomst

Studentenhuurovereenkomsten worden meestal voor een periode van één jaar afgesloten. Als de student na dat jaar wil blijven huren, kan er een nieuw huurcontract worden opgesteld voor een jaar. Zo kunnen er - zolang de huurder student is - oneindig veel contracten na elkaar worden afgesloten.

Bij een woninghuurovereenkomst zit hier een beperking op. De huurperiode van een kortlopend contract mag drie jaar of minder bedragen. U kan dus ook hier een overeenkomst voor één jaar afsluiten. Deze overeenkomst kan echter slechts eenmaal worden verlengd onder dezelfde voorwaarden waarbij de totale duur van beide contracten niet langer dan drie jaar mag zijn. Wanneer beide partijen de huurovereenkomst na die periode van drie jaar of na die twee opeenvolgende contracten van korte duur de (ver)huur willen verderzetten, wordt deze automatisch beschouwd als een overeenkomst van negen jaar vanaf de begindatum van het eerste contract. 

 

Het einde van de huurovereenkomst 

Een huurovereenkomst voor een hoofdverblijf moet – in tegenstelling tot een huurovereenkomst voor een studentenverblijf – altijd opgezegd worden, zelfs als het om een overeenkomst van korte duur gaat.

Zowel de verhuurder als de huurder kunnen de overeenkomst van korte duur beëindigen door minstens drie maanden voor het einde van de overeenkomst de huur op te zeggen.

Wanneer dat niet tijdig gebeurt, blijft de oorspronkelijke huurovereenkomst tegen dezelfde huurvoorwaarden doorlopen maar wordt deze verondersteld van bij het begin te zijn gesloten voor een periode van 9 jaar.

 

Het voortijdig beëindigen van de huurovereenkomst

In het geval van een studentenhuurovereenkomst kan de student de overeenkomst enkel in bepaalde gevallen voortijdig beëindigen. Zie Beëindiging van de huurovereenkomst. De verhuurder kan de studentenhuurovereenkomst niet voortijdig opzeggen.

Een woninghuurovereenkomst van korte duur kan te allen tijde voortijdig beëindigd worden mits het geven van een opzeggingstermijn van drie maanden en het betalen van een opzeggingsvergoeding. 

De opzeggingsvergoeding bedraagt:

  • Anderhalve maand huur als de huur eindigt in het eerste jaar
  • Een maand huur als de huur eindigt in het tweede jaar
  • Een halve maand huur als de huur eindigt in het derde jaar

De woninghuurovereenkomst van korte duur kan niet voortijdig opgezegd worden door de verhuurder.

Ook in het geval van een negenjarige huurovereenkomst kan de huurder de overeenkomst op elk moment beëindigen mits het geven van een opzeggingstermijn van drie maanden. Als dat tijdens de eerste drie jaar gebeurt moet de huurder een opzeggingsvergoeding betalen van:

  • Drie maanden huur als de huur eindigt in het eerste jaar
  • Twee maanden huur als de huur eindigt in het tweede jaar
  • Eén maand huur als de huur eindigt in het derde jaar

In bepaalde gevallen kan ook de verhuurder de negenjarige huurovereenkomst voortijdig opzeggen. Hiervoor verwijzen we naar de website van wonen.vlaanderen

 

De waarborg

De waarborg voor studentenhuisvesting mag maximaal twee maanden huur bedragen. Deze mag op de rekening van de verhuurder worden gestort.

Bij een woninghuurovereenkomst mag de huurwaarborg maximaal drie maanden huur bedragen. Deze moet wel gestort worden op een geblokkeerde rekening op naam van de huurder.

Bijlage(n)